Radiatoren verwarmen een ruimte doordat zij warmte uitstralen (stralingswarmte) én de lucht in de ruimte verwarmen (convectie). Radiatoren kunnen een ruimte snel op temperatuur brengen. Convectoren maken gebruik van het principe van convectie om de energie in de ruimte te brengen. Convectoren produceren geen stralingswarmte wat kenmerkend is voor radiatoren.

Radiatoren
Radiatoren zijn er in alle soorten en maten: de design radiatoren worden vaker toegepast in badkamers. De meest toegepaste radiatoren zijn de zogenaamde paneel radiatoren.

Warmteafgifte
Voor een goede warmteafgifte via convectie moeten de radiatoren een hoge temperatuur hebben. Bij een hoge temperatuur gaat de warme lucht opstijgen en wordt de hele ruimte verwarmd. We spreken van hoge temperatuur verwarming (HTV) bij een temperatuurtraject van  75°C/65°C.

Bij lagere temperatuurtrajecten wordt het afgiftevermogen van een radiator snel kleiner. Lage temperatuurradiatoren zorgen ervoor dat het CV water eerst naar de voorzijde van de radiator wordt geleid zodat er nog voldoende straling is.

Convectoren
Er zijn verschillende type convectoren, zoals convectorputten en wandconvectoren.

Convectoren verwarmen net als radiatoren de lucht zodat die opstijgt en zo de gehele ruimte verwarmt (via convectie).

Lamellen
Convectoren hebben een kleinere waterinhoud dan radiatoren. Om veel energie over te kunnen dragen is het oppervlak zo groot mogelijk gemaakt door het toepassen van lamellen. Lamellen zijn metalen platen die op zeer korte afstand van elkaar op de watervoerende buizen zijn geplaatst. Hierdoor hebben convectoren een kleine waterinhoud en kunnen ze een ruimte snel opwarmen.

Bij een lage cv-water temperatuur kan de natuurlijke convectie onvoldoende zijn en wordt een ventilator toegepast.